skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

A.M. de Jong over zijn jeugdherinneringen aan Nieuw-Vossemeer

Rien Wols
Rien Wols Bhic
vertelde op 22 juli 2015
bijgewerkt op 15 september 2021
De Westbrabantse schrijver A.M. de Jong (Nieuw-Vossemeer, 29 maart 1888) is onder meer bekend geworden door de strip ‘Bulletje en Bonestaak’ (vanaf 1922 verschenen in ‘Het Volk’) en de boeken over Merijntje Gijzen. In ‘Herinneringen uit mijn jeugdland’ uit 1950 beschreef hij de wereld van zijn jeugd. Een fragment.

Voor de meesten van ons bestond de wereld enkel uit het dorp en de naaste omgeving. Vijfhonderd zielen, een respectabel getal. Een dorpsstraat, waar ieder huis los van het andere stond, een aardig kerkje, met rondbogen gebouwd en een gesmeed ijzeren hek voor het schemerige portaal; een onnozel pleintje met wat geschoren linden en dat maar een verbreding van de straat was. De pastorie was het deftigste huis; zij had hoge, blinkende ramen en een blauwe stoep met hardstenen paaltjes, waar kettingen tussen schommelden, die ruitvormige schakels hadden, zeer ongewoon en voornaam.

Er waren twee smeden, ieder met een hoefstal voor de smidse, een timmerman, een wagenmaker, twee schoenlappers, een bakker en vijf herbergen, waarvan er een ‘logement’ heette: ‘Logement In het Witte Paard’. De drie winkels waren een beetje vaag: je kon er alles kopen, van klompen tot stokvis, ellegoed, peperkoek, petroleum en keukengerei. Alleen de koster-kleermaker had een aparte negotie: hij verkocht kerkboeken en paternosters, zelfgemaakte waskaarsen, communieprentjes en heiligenbeelden; de enige profane koopwaar bestond uit schrijfbehoeften, ruitjespapier, pennen, inkt, potloden en enveloppen. Postzegels verkocht hij niet veel, want die kostten bij hem een halve cent meer dan bij de postbode. Met de bovenmeester en zijn beide hulponderwijzers, de veldwachter en de brievengaarder, waren dat de notabelste leden van de dorpsgemeenschap, de ambachten, die ‘de burgers’ genoemd werden.

De rest van de bevolking bestond uit boerenarbeiders, die met hun vrouwen en opgroeiende kinderen in daggeld op het veld werkten, al naar de seizoenen eisten. Een burgemeester was er niet, het dorpje was een gehucht en werd bestuurd vanuit de stad zonder dat ooit iemand daar iets van merkte. Een dokter was er evenmin. Wie hem hebben wou, moest hem een uur ver gaan zoeken. Maar de vrouw van de koster was bijna even knap als hij en had voor alle kwalen kruidjes en drankjes, zalven voor wonden en inwendige pijnen, en trekkende balsems voor fijt en zwererijen; zij bracht de mensen even zeker en ongemerkt aan hun eind als de geleerdste medicus. (…)

Achter de Schenkeldijk slingerde de Vliet zich tussen de velden door, het riviertje, dat geen riviertje meer was, sinds men zijn beide monden gesloten had met een stel sluiswerken aan het Sas. Het was nu een glad, blank water, onbewegelijk tussen de met riet bezoomde oevers, een stil, peinzend water, dat lucht en wolken weerspiegelde en daardoor oneindig diep leek. (…)

Zo zag de wereld van ons West-Brabantse dorp eruit en zij leek mij wijd en onomvatbaar groot: hoe onbereikbaar ver schemerde de zware toren van de stad tegen de lucht, en het zwaaiende kruis van de witte molen op zijn heuveltje, halverwege het naastbij liggende dorp.

Uit: A.M. de Jong, ‘Herinneringen uit mijn jeugdland’. In: A. Coolen (red.), Land en volk van Brabant : Bijdragen van Brabantse schrijvers, dichters en geleerden. – Amsterdam/Antwerpen, 1950. p. 242-243.

Reacties (4)

Gerard H.A.A. de Bie
Gerard H.A.A. de Bie zei op 22 juli 2015 om 12:33
Met het lezen van dit nostalgische verhaal twijfelde ik aan de juiste betekenis van voor mij niet alledaagse woorden.
Zoals : Stokvis = Hardgedroogde kabeljouw aan 'n stok;
Ellegoed = lapstof;
Negotie = koopwaar van 'n venter;
Profane koopwaar = Niet kerkelijke / wereldse koopwaar;
Brievengaarder = Beheerder van 'n hulppostkantoor verantwoordelijk voor de inzameling van de post.
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 22 juli 2015 om 15:05
Het zou leuk zijn om de functionarissen uit zijn jeugd, die A.M. de Jong 'de burgers' noemt, te traceren in het bevolkingsregister van Nieuw-Vossemeer.
Andere leuke bronnen zijn de gemeenteverslagen uit die tijd.
Bij het BHIC kan onderzoek gedaan worden naar de panden en hun eigenaren in de dorpskern via Kadaster Archiefviewer. Dan gaan de jeugdherinneringen van A.M. de Jong nog meer leven..
Gerard H.A.A. de Bie
Gerard H.A.A. de Bie zei op 27 december 2016 om 12:50
U kunt niet direct online onderzoek doen in de Kadaster Archiefviewer. Deze is alleen te raadplegen in de studiezaal van het BHIC - Archief en van de overige Regionale Historische Archieven. U kunt daar in de Kadaster Archiefviewer zoeken :
•Op adres
•Op naam van de eigenaar
•Op perceelnummer
Wout Visser -- Leusden zei op 17 september 2021 om 15:05
Mijn bezoek aan Nieuw-Vossemeer had overigens een goede reden: het is het geboortedorp van A.M. de Jong (1888-1943), Nederlands best verkopende romanschrijver uit de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw. En iemand die - wat redelijk zeldzaam is - van zijn schrijftalent rijk is geworden.

A.M. de Jong vertrok op 8-jarige leeftijd naar Rotterdam, in de vloed van Brabanders die in de zich snel uitbreidende havenstad een beter leven probeerden te vinden. En daar ook vaak in slaagden.
De Jong’s nog alleszins leesbare & toegankelijke boeken beschrijven onder meer zijn jeugd (Merijntje Gijzen-reeks), zijn militaire diensttijd in 1917-’18 (Frank van Wezel’s roemruchte jaren). Daarnaast werd de Jong, opgeleid als onderwijzer, ook bekend door zijn tekst in de ‘Bulletje en Boonestaak’-stripverhalen.

Nieuw-Vossemeer heeft een leuk & bezienswaardig A.M. de Jong-museum.
Een gids leidt u daar deskundig rond, en zal u ook vertellen dat de Socialist De Jong door de Duitse bezetter op de dodenlijst werd gezet - hij had geen geheim van zijn anti-Nazi gezindheid gemaakt. In 1943 werd het doodvonnis in zijn huis in Blaricum voltrokken.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.