Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De organisatie van de bottermien was aanvankelijk een gemeentelijke aangelegenheid. Pas jaren later kwam de verkoop in handen van particulieren.
De botermijn hielp weliswaar de boeren die de boter produceerden hun afzet te vergroten, maar de prijzen bleven laag. Dat kwam doordat de boeren slecht waren georganiseerd en individueel afhankelijk bleven van hun afnemers. Rond 1900 drong het tot de boeren door dat alleen onderlinge samenwerking daar iets aan zou kunnen doen.
En zo richtte men op 19 april 1906 in Mill een zuivelcoöperatie op. Onmiddellijk traden 80 boeren als lid toe. Men bracht geld bijeen voor de bouw van een boterfabriek, die de naam Sint Willibrordus kreeg. De boterfabriek heeft heel lang zijn naam eer aan gedaan door slechts boter te produceren. Pas na de Tweede Wereldoorlog, rond 1950, kwam er vraag naar andere producten. De boterfabriek werd een echte zuivelfabriek, waarvoor Sint Willibrordus in 1952 werd verbouwd.
De vraag naar meer en meer verschillende producten bleef stijgen. De relatief kleinere fabriekjes konden steeds minder goed aan de eisen van de consument voldoen, waardoor men grootschaliger moest gaan opereren, wilde men nog een rol van betekenis blijven spelen op de zuivelmarkt.
In de jaren ‘60 en ‘70 fuseerden daarom de eerste, kleinere zuivelfabrieken. Sint Willibrordus sloot haar deuren in het voorjaar van 1971, als gevolg van de fusie met Sint Cunera uit Rijkevoort en Combo uit Oss. De medewerkers van Sint Willibrord gingen voortaan naar Rijkevoort.
Op een gegeven moment kwam er ook een einde aan het gebouw zelf. De schoorsteen van de Millse zuivelfabriek was een gevaar voor de omgeving geworden, omdat er regelmatig stenen naar beneden vielen. De gemeente stelde de eigenaar, de Boerenbond, voor de keuze om de boel op te knappen of af te breken. Het werd het laatste. Op 14 oktober 1983 werd de schoorsteen met elf ladingen springstof opgeblazen.