Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Terwijl de Astense Aa vanaf Meijel als een kanaal zo recht een streep door het landschap trekt richting de A67 ten zuiden van Deurne, verandert het karakter van de beek aan de andere kant van de autosnelweg radicaal. Over een lengte van 2 kilometer slingert het water door het eiken-elzenbos van het natuurreservaat. Hier treft men de bosbeekjuffer aan, de weidebeekjuffer en de beekschaatsenrijder. Er huizen acht soorten vleermuizen en talloze glimwormen. De plantengroei van het reservaat, eigendom van het Brabants Landschap, is overigens sterk verruigd als gevolg van ernstige vervuiling door de intensieve landbouw.
Aan de bovenloop van de Astense Aa is de omgeving flink ontwaterd met gegraven en verdiepte waterlopen als de Astense Aa zelf, de Aa en de Eeuwelse loop. In de jaren ’70 nam de verdroging toe door de ruilverkaveling Astense Aa, waaraan dus alleen het nauurreservaat is ontsnapt. Vanaf 1985 is de drainage van aangrenzende landbouwgebieden verbeterd en uitgebreid. Door grootschalige beregening in het landbouwgebied is de zomergrondwaterstand nog eens extra gedaald.
Vroeger stonden er op de Astense Aa twee watermolens. Dat waren de Belgerense Watermolen, bij de buurtschap Belgeren, ten zuiden van Vlierden en de Watermolen van Ruth, halverwege Vlierden en Liessel, bij de buurtschap Ruth.
In 2008 presenteerde Waterschap Aa en Maas plannen om op het punt waar de Astense Aa uitmondt in de Aa, ten westen en noordwesten van Diesdonk, een waterberging realiseren. Het primaire doel van deze waterberging is het voorkomen van wateroverlast in het stedelijk gebied benedenstrooms. Helmond en ’s-Hertogenbosch moeten worden ontzien.
Maar dat gaat tegenwoordig samen met natuurontwikkeling: de Astense Aa en de Zuid-Willemsvaart moeten op deze plek een natte ecologische verbindingszone worden. “Beekherstel” speelt hierbij een belangrijke rol. Voor de verbindingszone langs de Astense Aa wordt uitgegaan van een strook tot 60 meter breed, waarin de meanderende beek wordt opgenomen. De beek zelf moet weer een langzaam stromende beek worden, met elzenbroekbos en nat grasland.
In die strook en in het water zullen dan weer struweelvogels voorkomen, de kamsalamander, het bittervoorntje, de grote en kleine modderkruiper en drijvende waterweegbree. Het waterschap noemt dat dan de “doelsoorten”.